De vraag hierbij is of het onderhoud op zich een doel moet zijn of dat niet dit maar de gewenste staat, kwaliteit en de kans op uitval van een element centraal moet staan.
Er dient daarbij, vanuit een bedrijfsbeleid met daaruit volgend een onderhoudsbeleid, het belang van componenten te worden vastgelegd, bijvoorbeeld middels de volgende criteria:
- Continuïteit: voor belangrijke installaties, wellicht heeft u een rekencentrum dat non-stop moet functioneren
- Productiviteit: uw medewerkers hebben behoefte aan een binnenklimaat waarin ze prettig kunnen werken
- Esthetica: voor de afdeling van uw raad van bestuur of panden dan wel afdelingen waar uw klanten komen; die een goede uitstraling moeten houden
- Conservering: u wilt bijvoorbeeld dat het houtwerk minimaal 40 jaar meegaat
- Kostenbesparing: u heeft bepaalde panden waar u genoegen neemt met een minimale conditie van de bouw- en installatiedelen
Vanuit de visie ten aanzien van deze criteria kan nagedacht worden over onderhoud en hoe dit uit te (laten) voeren, waarbij bijvoorbeeld een overweging kan worden gemaakt tussen storingsafhankelijk onderhoud (SAO), gebruiksafhankelijk onderhoud (GAO) en toestandsafhankelijk onderhoud (TAO).